De specifieke ligging van de sporthal, tussen de drukke St. Andreaslaan en het ‘rechte pad’ op de locatie van de jeugdinstelling, is zowel symbolisch als fysisch. Het gebouw belichaamt een ‘brug’ of overgang tussen het tijdelijke verblijf binnen de jeugdinstelling en de terugkeer naar het publieke en dagelijkse leven. Sportieve activiteiten zijn een noodzakelijk onderdeel binnen de begeleidingsprogramma’s van de jongeren. Met de gemeente is besloten de sporthal niet alleen te laten gebruiken door de jeugdinstelling maar ook deel uit te laten maken van de gemeentelijke sportinfrastructuur.
De sporthal heeft twee ingangen, een openbare entree aan de straatkant en een beschermde toegang, dichtbij de school, die voor een nauwe verbinding zorgt tussen de lessen en de sportactiviteiten. Tijdens de schooluren maken de meisjes gebruik van de sportaccommodatie. In de avonduren en in het weekend is de hal open voor publiek.
Net zoals de school is de sporthal opgevat als een passief gebouw. Door de thermische isolatie en de oriëntatie van de gevelvlakken en glaspartijen wordt een energetische meerwaarde ontwikkeld. De deels verzonken ligging van het gebouw op het terrein versterkt deze aspecten.
De vrije hoogte van 8 m maakt de hal geschikt voor het uitoefenen van verschillende sporten, zoals badminton, tennis, volleybal, handbal, zaalvoetbal, squash. Een cafetaria geeft zicht op de sportzaal. De fitnessruimte ligt achter aan het gebouw en grenst aan een binnenpatio. Aan de straatkant is een extra hoogte aangebracht voor een klimmuur. Het dakdoet dienst als buitensportveld dat wordt omheind door metalen transparante schermen.
