Het gebouw is een samengesteld cluster van gebouwdelen die dateren van verschillende bouwperiodes: van begin jaren dertig tot midden jaren zestig. Grofweg is het complex op te delen in hallen, een depot en een kantoor. Alles is via trappenhuizen, gangen en een luchtbrug met elkaar verbonden.
Oorspronkelijke constructie en materialisatie
Licht- en luchthoven segmenteren de bouwvolumes. Het gebouw is opgebouwd uit een zwaar gedimensioneerd betonskelet in een stramienraster, dat veelal doorloopt tot in de bakstenen gevels. De gevelopeningen zijn oorspronkelijk gevuld met stalen vensters en enkele beglazing.
In de loop der tijd is het gebouw aangepast
Het gebouw doet sinds midden jaren tachtig dienst als bedrijvencentrum voor uiteenlopende bedrijfs- en kantoordisciplines. De nadruk vanaf het moment lag op behoud en beheer. Veel ingrepen zijn gedaan voor het verbeteren van het 'praktisch comfort' (kunststof kozijnen met isolerende beglazing, externe gevelbekleding met isolatie) en het versterken van een 'moderne representatie' (gevelschilderwerk, gevelbekleding). Intern zijn de grote ruimten verhokt en de installaties verouderd.
Ingreep door Tarra
Nu is het gebouw door Tarra stedenbouw & architectuur alzijdig gemaakt en vormen de hoven nieuwe entree's. De eerste verdieping is over alle bouwlagen verbonden, een nieuwe loopbrug verbindt het kantoor met de hallen. De gangwanden zijn open gemaakt en etaleren de bedrijven.
Verschillende soorten (werk)ruitmes
De gangen geven ruimte aan bijzondere plekken voor ontmoeting. De clustering en de jaarringen van de diverse bouwdelen leveren als vanzelf bijzondere representatieve maar ook meer introverte werklocaties. Kantoorachtige ruimtes met glasvezel en klimaatbeheersing wisselen af met grote rauwe werklofts, zowel voor éénpitters en ZZP'ers alsook voor grotere bedrijven.