Achter de sierlijke bogen van Toyo Ito’s nieuwe universiteitsbibliotheek gaat het idee van een grot schuil. In het groene, heuvelachtige Hachioji, in de buitenwijken van Tokio, wilde Ito de bibliotheek aanvankelijk onderbrengen in een ondergronds complex. In zijn zoektocht naar de ruimtelijke organisatie hiervan greep hij onbewust terug op de primitieve architectuur van de grot. De eerste studiemodellen lijken sterk op in de grond uitgegraven, koepelvormige uithollingen.
De voorgenomen aanleg van een beeldenpark stond de uitvoering van een ondergrondse faciliteit echter in de weg. Ito onderzocht vervolgens op welke manier het idee van de ondergrondse ‘grot’ boven de grond zou zijn te realiseren. Hij keerde de koepelvormige uitgeholde volumes om en bracht ze onder in een dakconstructie met classicistische gewelven. Dit constructiesysteem heeft als voordeel, dat een continue ruimte mogelijk is. De eindeloos repeterende bogen geven het exterieur een ingetogen elegantie en het interieur een sterke organische expressie.
Het volledige artikel verscheen eerder in de Architect, nummer 11, 2007, p58-63.