CHIOgebouw in Rotterdam

In het Kralingse Bos komt naast het bestaande manegecomplex, een rijksmonument uit 1937 van W. van Tijen, wat een tribunegebouw genoemd zou kunnen worden, een combinatie van tribune, stallen en ontvangstruimten. In de loop van de tijd is veel gewijzigd aan het oorspronkelijke manegegebouw maar de soberheid van het ontwerp is nog steeds aanwezig.

Net als de monumentenstatus, vraagt ook de ligging in het Kralingse Bos om zorgvuldigheid en terughoudendheid bij het bouwen. Het tribunegebouw wordt in het verlengde van de bestaande stal, tegen de rand van het Kralingse Bos gebouwd, uitkijkend over de wedstrijdbaan en de Kralingseweg De sobere, ietwat landelijke, vormentaal van het ontwerp van W. van Tijen is als leidraad gebruikt bij de vormgeving van het nieuwe gebouw; kleur- en materiaalgebruik en de wijze van detailleren zijn gebaseerd op het bestaande gebouw.

=

Het beeld van het nieuwe gebouw wordt bepaald door het grote,houten, flauw hellende dak boven de tribune. Dit dak kraagt uit boven het basement van wit geschilderd metselwerk en de betonnen tribune. Deze zijde van het gebouw heeft veel glas dat volledig weggeschoven kan worden, de binnenruimten worden zo balkons. Aan de boszijde heeft het gebouw een gemetselde plint met daarboven, uitkragend, een vliesgevel van glaspanelen met boomstammenpatroon.