Toelichting Rafaella Wang | Beeld Filip Dujardin
Het uitgangspunt was het respecteren van de buitengewone architectonische monumentale kwaliteit die het gebouw in zich heeft. Noodzakelijke ingrepen zijn altijd bescheiden en vaak vrijwel onzichtbaar ingepast. De belangrijkste nieuwe toevoeging is een souterrain: zo kon een nieuwe ontsluiting ontstaan voor de twee totaal gescheiden bezoekersstromen. Essentiële functies als toiletten, garderobe en lockers konden daar worden geplaatst die onmogelijk via de centrale in de rotonde gerealiseerd kon worden.
Het gebouw is opgezet als oranjerie, doorkijken van de straat naar het Artis park. Op de BG, naar het nieuwe Artisplein toe, zijn 12 openslaande deuren vernieuwd en opnieuw aangebracht daar waar ze ontbraken, openend naar het park. De unieke, maar ooit ernstig beschadigde dubbele monumentale trap in de rotonde is hersteld en binnen een 21ste-eeuwse context geplaatst. Het oorspronkelijke materiaal werd gerestaureerd: hout en staal en messing rozetten en leeuwenkopjes.
Ten behoeve van de duurzaamheid zijn er verschillende energiebesparende ingrepen gedaan. In de betonnen funderingspalen zitten zogenaamde ‘groene palen’ waarmee warmte uit de grond wordt teruggewonnen. Het dak is geïsoleerd aan de buitenkant en alle ramen zijn verdubbeld met monumentenglas en op de begane doormiddel van een ondiepe vitrine verdubbeld aan de straatzijde. Overal is dubbel geïsoleerd glas gebruikt, ook in de deuren bijvoorbeeld. Er wordt warmte teruggewonnen in de ventilatie.
Met twee gescheiden ingangen zijn twee ruime ontvangsten gecreëerd voor zowel museumbezoekers (vanuit het park) als voor de gebruikers van de twee verhuurbare ontvangstzalen (vanuit de Plantage Middenlaan). Deze verschillende bezoekersstromen lopen gescheiden door het gebouw en hebben hun eigen voorzieningen.
Omdat in het hele gebouw de leuningen van trappen en balustrades veel te laag bleken voor de huidige functie als openbaar museaal gebouw is overal gekozen voor een subtiele verdubbeling van de leuning, uitkragend boven de oorspronkelijke leuningen.
In de museumzalen en gaanderijen zijn bruggen, een trap en tribune toegevoegd t.b.v. verbetering van routing en vluchtroutes.