Toelichting Bedaux de Brouwer Architecten | Beeld Karin Borghouts
De Nardinc-vleugel is bestemd voor de gelijknamige kunstverzameling die Els en Jaap Blokker aan het museum hebben geschonken. Voor deze collectie heeft Bedaux de Brouwer Architecten twee nieuwe museumzalen en een tuinkamer ontworpen. Ook de aangrenzende vertrekken zijn verbouwd tot expositieruimte en verder zijn de bestaande zalen vernieuwd en de museumentree verlegd.
Wat begon als een opdracht voor een uitbreiding van twee nieuwe zalen is gaandeweg uitgebreid. Met het oog op het creëren van samenhang en rust in het museumbezoek ontwierp Bedaux de Brouwer Architecten de architectuur, installatietechniek, het interieur, de meubels, lampen, expositiesokkels en de tuin in grote samenhang. Daarbij is in zowel exterieur en interieur gezocht naar continuïteit met de architectuur van de monumentale villa ‘De Wilde Zwanen’ en met het oorspronkelijke museumgebouw.
In het museuminterieur laten we elementen uit de oude villa in een geabstraheerde vorm terugkeren, zoals de eikenhouten lambrisering in de tuinkamer en de eveneens eikenhouten omlijstingen van de doorgangen. Samen met de plinten en de doorlopende eiken parketvloer vormen ze een constante in zowel de gerenoveerde als de nieuwe zalen. Met onze opdrachtgever en bouwers deelden we de overtuiging dat we samen werkten aan iets bijzonders waarbij het ambacht van het maken weer opnieuw centraal stond.
Het ontwerp is een pleidooi om een vanzelfsprekende samenhang te brengen, door voort te bouwen. Het bestaande gebouw is zo veel mogelijk behouden en hergebruikt – van de installaties tot delen van de funderingen en dakconstructies – en er is gezocht naar continuïteiten in vormen, materialen, en sfeer. Met het ontwerp voor de uitbreiding en renovatie, dat is gebaseerd op uitvoerig bouwhistorisch onderzoek, is dit museumcomplex tot een nieuwe eenheid gemaakt, die van blijvende waarde kan zijn.
De architectuur is in harmonie met de omgeving, niet alleen door zich in verschijningsvorm trefzeker te voegen naar de Larense context, maar ook door de ecologische impact die bouwen en gebouwen met zich meebrengen zo klein mogelijk te houden. Ons streven is om een in alle opzichten duurzame architectuur te maken van materialen die mooi verouderen en lang meegaan. Zodat deze architectuur het waard is om doorgegeven te worden aan volgende generaties, met een bestendige en bestendigende waarde.
Jan Rudolph de Lorm (museumdirecteur): “Wij zijn door de verbouwing en uitbreiding van ons museum in staat het ontstaan en de bloei van het impressionisme en modernisme in Nederland te tonen op de bakermat waar veel van de kunstenaars woonden en werkten: de ‘heilige’ grond in Laren. Het schilderachtige ontwerp van Bedaux de Brouwer is dienstbaar aan het tentoonstellen van die kunst, versterkt de huiselijke identiteit van Singer Laren en verrijkt daarmee de kunstbeleving voor onze bezoekers.”