De woningen, uitgevoerd in houtskeletbouw en CLT (cross laminated timber) vloeren, maken gebruik van natuurlijke materialen zoals vlas en houtvezel voor isolatie. Deze materialen zorgen voor een goed binnenklimaat en dragen bij aan de duurzaamheid van het project, aangezien CO2 in het hout wordt opgeslagen. De gevels zijn uitgevoerd in natuurlijk vergrijzend hout en de woningen zijn volledig gasloos, met een warmtepomp voor verwarming en warm water.
De zeven woningen delen een gemeenschappelijke binnentuin, ontworpen door landschapsarchitect Willem Jakobs. De tuin bevat onder andere bloembakken van betonklinkers die een natuurlijke grens vormen tussen privé en openbaar. Ook is er een grote notenboom geplant als middelpunt van de tuin, waar bankjes rondom komen te staan. De bewoners waren nauw betrokken bij het ontwerp van hun woningen en de tuin.
De poort is volgens Arets een belangrijk element van het hof. 'Niet omdat het het bij een hofje 'hoort", maar omdat het aangeeft dat je je als bezoeker bevindt op een speciale plek, die toegankelijk is, maar wel eigendom van de bewoners', aldus Arets. De binnentuin en parkeerplaatsen zijn dan ook geen gemeentegrond: de bewoners zijn allemaal deels eigenaar van de gezamenlijke grond.
De naam van het hofje, Mária Telkeshof, is gekozen door de bewoners. De naam is een eerbetoon aan Mária Telkes, de Hongaars-Amerikaanse wetenschapper die de basis legde voor de eerste zonnewoningen. Het hofje sluit zo aan bij de duurzame en natuurwetenschappelijke achtergrond van de wijk.
Deze tekst is aangeleverd door Bureau A en samengevat met behulp van ChatGPT.
