LEVS architecten

De partners van LEVS architecten – Marianne Loof, Adriaan Mout en Jurriaan van Stigt – bemoeien zich graag met meer dan het ontwerp alleen. Ruim 20 jaar ontwerpen heeft niet enkel geresulteerd in veel projecten, maar ook in een sterke visie op de veranderende rol van de architect. En op de kennis, durf en ondernemerschap die daarvoor nodig zijn.

Het werkterrein van LEVS strekt zich uit van woningbouw, via complexe opgaven met bijzondere programma’s zoals scholen en zorggebouwen en stedenbouw, tot herbestemming en vernieuwing van bestaande gebouwen. LEVS architecten werd in 1989 door Marianne Loof en Jurriaan van Stigt opgericht als Loof en Van Stigt Architecten. Adriaan Mout trad in 2005 toe als partner en in 2009 veranderde de naam in LEVS architecten. Loof (1960), Mout (1959) en Van Stigt (1962) studeerden eind jaren tachtig aan de TU Delft af.

De architect als jazz musicus

De architect als jazz musicus

Op congressen, symposia, discussiefora en binnen de vakgemeenschap wordt stevig gesproken over de veranderende rol van de architect. Veel partijen zijn in een identiteitscrisis beland. Ook de architecten staan hier middenin en moeten hun ingesleten werkwijze ingrijpend veranderen. In deze transitieperiode is het niet genoeg alleen het etiket te veranderen. Een nieuwe werkwijze moet verankerd zijn in het DNA van de architect.

De toegevoegde waarde van de architect!?!

De toegevoegde waarde van de architect!?!

Een collectieve zoektocht naar de 'toegevoegde waarde van de architect' heeft zich meester gemaakt van onze professie.

De vinger op de zere plek

De vinger op de zere plek

Wat is de samenhang tussen de misstanden in het aanbestedingscircuit en de gretigheid waarmee architecten zich storten op visies, prijsvragen en studies? Deze samenhang is veel groter dan we ooit zullen willen inzien...

Schippers en architecten

Schippers en architecten

Wat is de overeenkomst tussen schippers en architecten? Op het eerste gezicht niks: water, in plaats van land; fysieke arbeid in plaats van schetsen en praten; lege natuur in plaats van bouwen. Zo zijn er nogal wat schijnbare tegenstellingen te bedenken. Des te opvallender dat, kort achter elkaar, twee scheepsvertellingen een sterk beeld opriepen dat typerend is voor de architectenwereld.

Olie op het vuur?!

Olie op het vuur?!

Vorig jaar stonden grote stukken van de duinen bij Petten en Schoorl in brand. De verantwoordelijke instanties hadden direct hun reactie klaar: er rukten 100 brandweerauto's uit, met 700 brandweermannen en tien kilometer brandslangen. Er was brede aandacht voor deze kleine milieuramp. Architecten reageren op hun eigen nood volstrekt anders: in plaats van massaal uit te rukken (of op te rukken naar Den Haag) om de heftige brand die woedt in de branche te blussen, gooien ze olie op het vuur. Vanuit de architectenbranche is er geen diepgaande bezinning of reflectie over de toekomst van de branche. Ze opereren als pyromanen die nieuwe brandhaarden ontsteken.

Gestrekt erin

Gestrekt erin

Het wereldkampioenschap voetballen is afgelopen en we zijn tweede geworden. Ik heb eerlijk gezegd nauwelijks naar een wedstrijd gekeken. Ik kan erg slecht tegen de spanning van een wedstrijd en zeker als er verloren is, vind ik het zonde van de tijd. Dit WK speelde ook mee dat er geen mooi Nederlands voetbal op de mat werd gelegd maar effectief voetbal. We zijn weliswaar tweede geworden, maar in de internationale pers zijn we behoorlijk afgedroogd en alle zorgvuldig opgebouwde goodwill is te paard vertrokken, waarbij de gestrekte overtreding van Nigel de Jong breeduit is gemeten.Toch zou de architectenbranche er wellicht iets van kunnen leren en dat geldt wat mij betreft zeker voor de BNA.