Tim Fraanje
Tim Fraanje is cultuurhistoricus, muzikant en amateurflaneur. Zijn stukken verschenen onder andere bij VICE en op 22 juni verschijnt de nieuwe single van zijn synthpopduo Big Hare. Het is een lofzang op de post-fossiele toekomst.
Tim Fraanje is cultuurhistoricus, muzikant en amateurflaneur. Zijn stukken verschenen onder andere bij VICE en op 22 juni verschijnt de nieuwe single van zijn synthpopduo Big Hare. Het is een lofzang op de post-fossiele toekomst.
Een tijdje geleden klaagde architect Hans van der Heijden in NRC dat duurzaam bouwen vaak blijft hangen in retoriek. Hij noemt het Sluishuis, dat geroemd wordt om zijn energiezuinigheid en er volgens Van der Heijden vanwege de planten in de binnentuinen duurzaam uitziet. De 'krachttoeren' die worden uitgehaald om al die plantjes te bewateren en het gebouw boven het IJ te laten hangen vindt hij 'pervers' en hij noemt dit soort decadente bouwwerken met een toefje duurzaamheid 'peterselie-architectuur'. Persoonlijk had ik voordat ik zijn opiniestuk las nog nooit over het inmiddels prijswinnende Sluishuis nagedacht als een duurzaam bouwwerk, eerder als een leuk vormexperiment vol appartementen die ik niet kan betalen.
Sinds begin dit jaar ben ik de trotse eigenaar van een stadsvilla. Het pand is zeer ruim en schitterend gelegen in de luwte van het Amsterdamse Vondelpark. Verder kan ik er niet zoveel over vertellen: de villa staat in een parallel virtueel universum. Dat universum, een van de vele metaverse-projecten, is een satellietfoto van de aarde. De digitale wereldbol is opgedeeld in vakjes die je kunt kopen en ik heb voor mijn villa in een van de populairste buurten ter wereld zo'n drie euro in cryptomunten betaald.
Middenin allerlei crises hield ik een korte staycation die ik voornamelijk lezend doorbracht in mijn appartement. Dat is in de karige vooroorlogse jaren ontworpen door architect Piet Kramer, die bezuinigde op centrale verwarming om de arbeiderswoningen te kunnen voorzien van ornamenten. In zijn geest heb ik het volgestouwd met spiegels, sculpturen, tapijten en opgezette dieren, zodat het ondanks het bescheiden vloeroppervlak zoveel mogelijk op een paleis lijkt. Er is niets mis met klein wonen, maar het is niet iets dat ik al te nadrukkelijk wil ervaren.
De Verenigde Staten hebben Route 66, die dwars door het land gaat en uitkijkt over uitgestrekte vlakten. Wij in Nederland hebben de as Rotterdam-Venlo, waarlangs zich uitgestrekte distributiecentra ontrollen. Opiniemakers spreken schande van deze "verdozing", maar op een zonnige ochtend besloot ik zelf eens een kijkje te nemen. Bij wijze van roadtrip. Want waarom zijn die distributiecentra eigenlijk zo wanstaltig en waarom zijn het er zo veel?