Het project is ingebed in het bestaande landschap en brengt op een hedendaagse wijze hulde aan de typische oude landbouwgebouwen in het landelijk gebied van Klein Brabant in België. Zowel aspergekweek en wijnbouw kennen een lineaire aanplant en zorgen daardoor voor een horizontaal beeld. De gebouwen in het ontwerp rond een binnenerf gaan een dialoog aan met dit landschap.
Fundamentele aspecten van een Vlaamse boerderij en het concept van een vierkantshoeve werden als uitgangspunt gebruikt. Het project heeft verschillende onderdelen die een hiërarchie vormen : een hoofdgebouw met polyvalent gebruik voor de productie van wijn en proefruimte, bijgebouwen voor landbouwwerktuigen en een woning in de vorm van een torengebouw.
Het donker hout en staal van de dakvolumes vormen een ‘shelter’, deze elementen verwijzen naar de oude spantconstructies die typisch zijn voor schuren. De warmte hiervan vult het rationele van de betonnen volumes aan. Voor de buitenoppervlakken, maar ook voor veel delen van het binnenschrijnwerk werkte hij met donkerbruin gebeitst larikshout, dat tegelijk contrasteert met de groene wijngaard. De geritmeerde dakvormen zijn in rustgevend zwart. Ook de lavakorrel voor alle verharding buiten draagt bij tot dat aardse karakter.
Verticale woning als signaal
Het verticale torengebouw heeft een signaalfunctie. Het geeft iets meer uitstraling en legt zodoende een link met de statige connotatie van een wijndomein. Samen met de betonnen muren geeft de woning kracht en identiteit aan het concept erf. Dit rechtopstaand gebouw geeft de bewoners alle momenten van de dag de mogelijkheid om te genieten van de omgeving : de mistige landschappen, de spectaculaire zonsopgangen en -ondergangen en de vergezichten op het onbebouwde landschap.
Het woonhuis is onderkelderd, daar staat de wijnpers, de cuves, de houten vaten, het lab waarin wijnconsultant Pieter Raeymaekers zich op de wijnen kan richten. Verder heeft het huis een bibliotheek annex vergaderruimte en een dakterras met uitzicht op de twee, in de aangebrachte nestkasten verblijvende, valken. De valken zijn de naamgevers van het project. Pas toen de opdrachtgever de grond kocht, zag hij bij de notaris de naam 'Valke Vleug'. ‘Zo staat het domein in het kadaster. De vlucht van de valk.' De valken verjagen de ratten, muizen en konijnen. Ook zijn bijenkasten geplaatst en zijn de hagen geselecteerd op hun insectvriendelijkheid. Het meubilair is van de hand van Daniel De Belder van De Belder Design. Hij recupereert hout uit landschappen.
Van het oude boerenerf werd een majestueuze eik bewaard. Hij kreeg het gezelschap van 58 andere inheemse bomen, zoals knotwilgen en populieren. Er is ook een olympische paardenpiste, met zwartgeverfde hindernissen en gemalen gras in de ondergrond, zodat die mooi harmonieert met de omgeving.
Ecologie en duurzaamheid
Het basisontwerp dat door zijn volumes, organisatie en structuur geen overbodige elementen bevat vormt de algemene duurzame aanpak in het ontwerp en is tevens de doelstelling van het project, een wijngaard die de ecologische werkwijze hoog in het vaandel draagt.
Dat drukt zich ook uit in de sfeer waarbij de aansluiting met de wijngaard nog sterker naar voren komt door de streekeigen beplanting en de waterdoorlatende verharding in lava kiezel, de verharding van het erf wordt daarmee teruggebracht en het regenwater kan ter plaatse infiltreren. De de verharding in beton beperkt is beperkt tot het strikte minimum.
Buiten de eenvoudige structuur met een minimum aan elementen is de materiaalkeuze duurzaam – de betonnen basis kan hergebruikt worden, ook als de functie zou wijzigen, verder is alles in duurzaam hout ( Noord-Europese lariks in combinatie met gelamineerde balken en dakplaten ). De bijdrage van de toegepaste technieken zeer bepalend in de energiehuishouding van het project waarbij de verwarmde zones tot een absoluut minimum zijn beperkt.