Het ontwerp is een reactie op de reeds ontwikkelde woonblokken in Leidsche Rijn waar de binnengebieden voor het grootste deel verhard zijn. Net als in veel uitbreidingsgebieden in Nederland is ook hier niets meer terug te vinden van het oorspronkelijke landschap. De binnentuinen zijn gevuld met parkeerplaatsen, bergingen, schuttingen, afvalbakken, etc., een restruimte waaraan volgens KettingHuls niet ontworpen lijkt te zijn.
Gevels
Alle woningen hebben een privé tuin die grenst aan een collectieve tuin. Een muurtje met plantenbakken en trappen naar de hoger gelegen tuinen van de woningen en de parkeerplaats omsluit de tuin. De voorgevel van het bouwblok is uitgevoerd in een lichte baksteen en heeft een stedelijk karakter. De gevel langs de Kees van Dongensingel volgt met een horizontale zaagtand belijning de ronding lans de singel.
Vides
De achtergevels zijn bekleed met donker hout en gaan over in lessenaarsdaken. Zo krijgt de tuin een besloten en landelijk karakter en kan het opgevangen regenwater op een eenvoudige manier naar de sloot worden afgevoerd. De zes meter brede woningen zijn licht en ruim opgezet. In het interieur staat een dwarstrap met vide en daklicht centraal.