Deze onderneming benadrukt dat Antwerpen op architecturaal vlak steeds een vreemde (en luidruchtige) eend in de bijt is geweest. De kathedraal, hoogbouwwijk Kiel en het vlinderpaleis bijvoorbeeld, zijn niet in het minst omvangrijk en opvallend in vergelijking met gelijkaardige projecten in andere, ‘bescheiden’ Vlaamse steden. Zonder twijfel is het omwille van deze copieuze context dat het appartementsgebouw van de hand van Atelier Kempe Thill zo (h)eerlijk aanvoelt. Met de typisch rechtlijnige en schijnbaar eenvoudige handtekening van het Duits-Nederlandse architectenbureau nestelt de woonentiteit zich discreet, sober en pretentieloos in Bas Smets’ landschapsaanleg. Dankzij horizontale liggers van 11,5 meter telt het gevel- ritme van slechts vier traveeën. Zo zorgt het gebouw voor een adempauze tussen het fijnbesnaarde residentiële bouwvolume van Robbrecht & Daem en het staccato woningbouwproject van POLO Architects. Het geringe aantal traveeën, robuust uitgelijnd door donker gepigmenteerde elementen van prefab beton, legt de opdeling in 32 appartementen bloot. Boven twee ondergrondse parkeerniveaus en gelijkvloerse commerciële ruimten bevinden zich op elk van de vier verdiepingen telkens drie appartementen aan west- en oostgevel en één kops appartement dat drie oriëntaties kan benutten. De terugliggende dakverdieping huist vier appartementen met terrassen.
Lees ook: ARC16: Wintertuinwoningen Nieuw Zuid – Atelier Kempe Thill
Door twee circulatiekernen asymmetrisch te plaatsen, bezitten de verdiepingen driekamerappartementen langs de westelijke gevel en studio’s langs de oostelijke gevel. Toch genieten zelfs de kleinste flats van een genereus ruimtegevoel. Bij de compacte veertig vierkante meter binnenruimte hoort immers een afsluitbare, genereuze buitenruimte van dertig vierkante meter. Door dit principe consequent over beide langsgevels door te trekken, beschikken de kopse appartementen over twee wintertuinen. De inspiratie voor deze flexibel inzetbare buitenruimten haalde Atelier Kempe Thill uit het masterplan van Secchi-Viganó.1 Hierin stond omschreven dat elk gebouw op strategische plaatsen moet beschikken over grote buitenruimten die de perimeter met drie meter kunnen uitbreiden.
Op zijn beurt haalde Secchi-Viganó de mosterd bij Lacaton & Vassal met hun ‘bigger and cheaper’concept. Het idee achter ‘bigger and cheaper’ is een uitbreiding van de leefruimte waardoor het concept een belangrijk element vormt in de communicatie tussen de wooneenheid en de openbare ruimte. Zowel vanuit de gebouwen als vanuit de 33 hectare openbare ruimte maakt deze dialoog deel uit van de stedelijke grammatica van de wijk.
Zie ook: Tweede gebouw Atelier Kempe Thill in Nieuw-Zuid Antwerpen
De volkomen in merantihout afgewerkte wintertuinen staan in warm contrast met de grote glazen schuifdeuren en het diepgekleurde beton. André Kempe en Olivier Thill vertellen dat zij met dit project een architecturaal antwoord bieden op het fysieke karakter van de Belgische cultuur. Voor de Belgen die spreekwoordelijk “met een baksteen in de maag zijn geboren”2 en houden van het Bourgondische leven, brengen deze architecten het plattelandsgevoel in de stad. Daarbij vermelden enkele bewoners enthousiast dat de wintertuinen en de luchtstroom tussen de wintertuinen van de kopse appartementen hen het gevoel geven voortdurend aan de zee en dus op vakantie te zijn. Bovendien speelt de passieve bufferconstructie van de wintertuinen in op de diep in het katholocisme gewortelde Belgische traditie van non-inkijkwoningen.
Atelier Kempe Thill brengt niet alleen een treffend amalgaam van traditie en toekomst, maar weet ook op geslaagde manier aan te knopen bij de gevoeligheden van de Vlaamse gebruiker.
Noten
1 Het masterplan voor Nieuw-Zuid omvat 2100 woon- eenheden (261.000 m2), 63.700 m2 kantoor, 21.000 m2 voorzieningen (scholen, sport) en 18.300 m2 handel.
2 Het als grootste wens hebben een eigen huis te bouwen (en ook blijvend te verbouwen).