Het gaat om de mogelijkheid om de schijfwerking van glas in te zetten om de constructie te optimaliseren. De inzet van de glaspanelen als stabiliteitselement maakt schoren en windverbanden in de staalconstructie in dit project overbodig. Geen stalen kruizen langs de gevel of door de ruimte, maar rustige, transparante glaswanden die het doorzicht van binnenuit zo min mogelijk hinderen en het gebouw van buiten extra doen opvallen door de weerspiegeling van de natuurlijke en monumentale elementen in de omgeving. Een aanbouw als een wagenschuur. Dat zag Addy de Boer van NEXIT architecten voor zich, toen hij de opdracht kreeg om de gammele illegale serre bij de monumentale boerderij in het Sonsbeekpark te vervangen. Een typologie die past bij de omgeving en daaraan iets toevoegt.
Traditionele wagenschuren zijn echter open, wat ze ongeschikt maakt als horecagelegenheid die zomer en winter in dienst moet zijn. Daarom klopte De Boer aan bij ABT. “Ik wilde een vormtaal die past bij de bestaande boerderij, gecombineerd met de fragiele manier van construeren die agrarische bouwwerken eigen is, en een volledig glazen gevel, om de aandacht zo min mogelijk van de constructie af te leiden.”
Een kolfje naar de hand van Kars Haarhuis, één van de glaskroonprinsen van abt, die nu vijf jaar wordt opgeleid door de glasgroep van Rob Nijsse en langzamerhand steeds meer projecten overneemt. “We wilden het glas laten meewerken in de constructie op een manier die zo dicht mogelijk ligt bij wat bouwers gewend zijn”, zegt Haarhuis. “Daartoe zijn de glasplaten rondom ingeklemd tussen traditionele stelblokjes, zodat ze klem zitten in de constructie. Zodoende kan deze laatste niet schranken of te veel vervormen.”
Om dit goed te laten werken, moest echter wel worden bepaald van welk materiaal de stelblokjes moesten zijn en waar ze exact moesten worden geplaatst. Het glas moet zo veel mogelijk op druk worden belast en niet op trek. “Door een aantal materiaalproeven en overleg met kunststofleverancier Eriks kwamen we tot de conclusie dat polyurethaan het beste materiaal was: hard genoeg voor voldoende stijfheid en zacht genoeg om oneffenheden in het staal en het glas op te heffen. Die zouden kunnen zorgen voor piekspanningen en daarmee voor glasbreuk.”
Samen met Wout Hoogendoorn van glasleverancier si-x is vervolgens een praktische plek bepaald voor de blokjes, namelijk net naast de hoeken. Op deze manier kunnen de krachten altijd schuin in de ruit worden ingeleid. De blokjes klemmen alleen de binnenbladen in, zodat thermische spanningen grotendeels worden vermeden. De buitenbladen vallen over het constructiestaal, zodat je dat niet ziet. Voor de hoeken is een speciaal detail ontwikkeld: een hoekstaal van dertig bij dertig millimeter en tien centimeter hoog, dat de krachten uit de glasconstructie terugvoert op het staal in de vloer. Hoogendoorn heeft de hoeken voorzien van een zwarte keramische digitale print op de binnenkant van het buitenblad, om te voorkomen dat je de constructie inkijkt. De buitenbladen van het halfharde glaspaneel zijn groter dan de binnenbladen en voorzien van een zwart geprinte rand. Alle glaspanelen hebben een verschillende maat en vorm, en verschillende bewerkingen binnen elke glasunit. “Dit soort maatwerk is een van de redenen dat ik mijn glas niet laat produceren voor de laagst mogelijke prijs”, aldus Hoogendoorn.
De Boer bedacht een bijzondere oplossing voor de aansluiting tussen dak en gevel, die ook maatwerk vraagt van de glasproducent: het 31 centimeter dikke dakpakket, dat naar de zijkanten schuin oploopt, eindigt koud tegen de glazen gevel, waar de rand wordt verborgen door een spiegel. Aangezien het dak aan de buitenzijde is gedekt met zink en aan de binnenzijde afgewerkt met staalprofielen, geperforeerd voor de akoestiek, spiegelt het dak zo rondom.
Dit soort details worden mogelijk in een intensieve samenwerking tussen partijen die zich hard maken voor een zo fraai mogelijke oplossing, in plaats van een zo gemakkelijk mogelijk project. De Boer: “Als je streeft naar een sterke, slanke, esthetische en maakbare constructie, moet je met elkaar op meerdere fronten het wiel uitvinden.” Abt bedacht een rekenmodel dat niet alleen rekening houdt met wat technisch mogelijk is, maar ook met de risico’s die verantwoordelijke partijen op zich durven nemen. Nexit heeft het bim-model zo exact uitgewerkt, dat de staalbouwer niet meer hoefde te tekenen en si-x het glas op basis van het model kon bestellen. En Hoogendoorn durfde dat risico aan. Samenvattend kun je stellen dat innovatie mogelijk wordt als de deelnemende partijen drive en lef hebben, geen uren tellen en bereid zijn om op elkaar te vertrouwen.