Toelichting KCAP | Beeld Ossip van Duivenbode
The Twins zijn onderdeel van 'Aan het IJ', de herontwikkeling van het Shell-terrein in Amsterdam-Noord tot een nieuw stadsdeel voor wonen, leren en werken. Het ensemble bevindt zich op twee L-vormige plots, op een sleutelpositie binnen het gebied. Vanuit stedenbouwkundig oogpunt was het belangrijk dat de gebouwen hier dezelfde herkenbare schaal zouden hebben als de omringende bebouwing; tegelijkertijd vroeg de prominente locatie ook om een sterk architectonisch gebaar.
KCAP heeft ervoor gekozen om beide volumes te koppelen en naar elkaar toe te trekken - zowel in architectuur als in opzet. Hierdoor ontstonden twee zich in de knik verwijdende L-vormen; door daarbij de volumes naar onder te verbreden en naar boven te versmallen konden er in het interieur grote vides gemaakt worden, en ontstond de basis voor de kenmerkende getrapte gebouwvorm.
De vides brengen licht, lucht en ruimtelijkheid in het binnenklimaat. Dit wordt versterkt doordat de gangen vanaf de driedubbelhoge entrees zoveel mogelijk door de lengte van het blok heen lopen. Zo zijn er royale binnenruimtes ontstaan waar mensen contact met elkaar kunnen maken.
De hoge entrees liggen iets terug in de gevel, maar zijn transparant opgezet en doorlopend bekleed met goud geanodiseerd aluminium. Zo trekken ze langs de binnenzijde van de gevel het licht naar boven; door de goudkleurige gloed, de warm verlichte galerijen en de lichtinval van boven zijn de ruimtelijkheid en levendigheid van de binnenwereld ook van buiten voelbaar. De goudkleurige wandbekleding loopt door over de gehele entreeverdieping; ook de huisnummers en bellen zijn hierop afgestemd, wat het gevoel van luxe versterkt.
De open ruimte tussen de twee volumes is een essentieel onderdeel van het ontwerp. Rondom de gemeenschappelijke binnentuin, die is ontworpen door Buro Sant en Co, stapelen de verspringende balkons zich trapsgewijs op. Deze stapeling van buitenruimtes garandeert niet alleen zonlicht en privacy voor de bewoners: alle individuele balkons zijn voorzien van verticale groene wanden, die samen een doorlopende groene gevel vormen. Dit zorgt, samen met de binnentuin, voor een weelderige, vallei-achtige binnenwereld die uniek is voor The Twins.
De groene gevels zijn echter meer dan dat: door de vorm van de twee volumes op elkaar af te stemmen en het groen naar boven door te trekken wordt het gevoel dat beide gebouwen bij elkaar horen versterkt. Doordat de begroeide gevels vanaf de straat van beide zijden zichtbaar zijn, vormen ze een opvallend en uitnodigend gebaar. Tegelijkertijd zorgt deze opzet voor een zekere mate van beslotenheid: de binnentuin staat open voor iedereen, maar hoort - door het doorlopende groen - fysiek bij de woningen en is daardoor duidelijk van de bewoners. Zo draagt ook deze ruimte bij aan het gemeenschapsgevoel binnen The Twins.
Aan de straatzijde hebben beide gebouwen, door gebruik van baksteen en diepliggende openingen, een robuuste, eenduidige uitstraling; de gevels volgen een raster, wat de visuele eenheid versterkt. De driedubbelhoge entreepartijen bieden zicht op de gouden gloed van de binnenwereld; door het lichtgrijze metselwerk te combineren met contrasterende champagnekleurige accenten, ontstaat zo een ensemble dat naar de buitenwereld zowel stoer als luxueus oogt.
De twee volumes, met in totaal 149 appartementen, zijn ontworpen in opdracht van OCO (Ontwikkelcombinatie Overhoeks, Amvest).
