Door Vincent van Rossem - Het nieuwe gebouw voor het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer vormt een paradoxaal gegeven en plaatst de criticus zodoende voor een moeilijke keuze: die tussen moraal en bouwkunst. Ondanks alle postmoderne ruis van de afgelopen vijftien jaar vertrouwt de architectuurkritiek nog altijd op het typisch negentiendeeeuwse idee dat mooie architectuur per definitie een goed doel belichaamt.1 Het nieuwe Ministerie is echter een prachtig gebouw dat is voortgekomen uit een geforceerde lokatiekeuze die geleid heeft tot een moeizaam programma van eisen. Juist van deze opdrachtgever, het Ministerie dat verantwoordelijk is voor de omgeving waarin wij wonen, werken, recreëren en mobiel zijn, had men toch keuzes mogen verwachten die getuigen van een werkelijk doordachte visie op de kantoorarbeid in Nederland.
Gemeente Haarlem
Bekijk vacatures