CREA in Amsterdam

De nieuwe huisvesting van CREA, het culturele centrum van de Universiteit en de Hogeschool van Amsterdam, is een voormalige diamantslijperij op het Roeterseiland. Om het programma onder te kunnen brengen in het oude fabriekscomplex, is een strak nieuw bouwdeel toegevoegd door Joost Glissenaar voor architecten van Mourik. De vide dient als ontmoetingsplek en knooppunt.

Het originele fabriekscomplex bestond uit acht bouwdelen (gebouwd tussen 1845 en 1925), die voor vijftig procent is gerenoveerd en voor vijftig procent vervangen door nieuwbouw.

Ruimtes voor geluid

Het nieuwe bouwdeel biedt ruimte aan functies waaraan bijzondere eisen ten aanzien van geluid en ruimte worden gesteld, zoals muziekstudio’s, theaterzaal en muziekzaal. Het nieuwe bouwdeel ligt verstopt achter een te behouden monumentale gevel aan de Nieuwe Achtergracht. In de voormalige voor- en achterfabriek worden de overige functies gehuisvest, zoals het café, kantoren, ateliers, workshop- en projectruimten. De functies zijn georganiseerd rond een binnenplaats en vide.

Knooppunt

In het verlengde van de binnenplaats tussen de gerenoveerde voor- en achterfabriek ligt in het nieuwe bouwdeel een centrale vide. De hoge ruimte is een infrastructureel knooppunt waarin de entreehal, trappen, bruggen, foyers en luchtkanalen te zien zijn. De hoofdentree is een bescheiden deur waar achter zich een warme goud gekleurde hal bevindt met een massieve trap die zich naar het studentencentrum wikkelt.

Verbinding

Om de overgang tussen oud en nieuw te articuleren zijn de oude gevels schoon gebikt en geconserveerd. Achter de entreehal opent zich de negentien meter hoge vide, die gedomineerd wordt door de glanzende stalen luchtbehandeling. Slanke loopbruggen met glazen balustraden verbinden de verschillende bouwdelen en laten het daglicht toe tot diep in het gebouw.

Achter de te behouden gevel aan de Nieuwe Achtergracht is een nieuwe ‘binnengevel’ geplaatst om geluid uit de muziekzalen te weren. Deze ‘binnengevel’ is aan de buitenzijde zichtbaar doordat de raamopeningen hierin iets kleiner zijn dan de raamopeningen in de monumentale ‘buitengevel’. Hierdoor wordt op een subtiele manier manifest dat achter de te behouden gevel van het voormalige fabriekscomplex een nieuw element is toegevoegd.