De nieuwe toevoeging is in een bestaande helling geschoven. Van het natuurlijke hoogteverschil wordt op handige wijze gebruik gemaakt. Zittreden langs de helling vormen buiten een amfitheater. De treden van deze ‘tribune’ lopen door naar binnen, en vormen hier een wand van de eetzaal. Deze zaal is gedeeltelijk dubbelhoog en verbindt zo de twee verdiepingen. Deze worden door het hoogteverschil beide als begane grond ervaren.
Op de bovenste verdieping bevinden zich lesruimtes en kantoren die zich oriënteren op de bestaande collegezaal. In de onderste laag zit de eetzaal en een open keuken. Andreas Gehrke heeft handig gebruik gemaakt van de morfologische situatie. Het gebouw kent geen hoofdingang, maar meerdere entrees op beide verdiepingen. Het geld dat is bespaard doordat een noodtrappenhuis hierdoor overbodig werd is gestoken in een extra overdekte buitenruimte ruime plafondhoogtes.
© Ulrich Schwarz, Berlin
Door verschillende zichtassen is geprobeerd om buiten en binnen te verbinden. Op verschillende punten openen kijk je uit op de groene omgeving. In het hele gebouw is op zoveel mogelijk plekken hout toegepast. De gevel is geheel van larikshout waardoor het gebouw zich als monolithisch blok presenteert. De kleur zal met de tijd zilvergrijs worden. In het interieur is vooral wit geverfd naaldhout toegepast. De constructie is ook gedeeltelijk van hout. In de 250 m2 grote eetzaal staat slechts een kolom. Een grote houten vakwerkligger overspant de ruimte en is tevens een beeldbepalend element.
Het nieuwe gebouw is met de ontsluitingsas van de bestaande collegezaal verbonden. De as is doorgetrokken in de bovenste verdieping en eindigt hier in de loggia. Door een hap uit het volume te nemen is het deze overdekte ontmoetingsplek gemaakt. De buitentrap maakt dat deze ruimte altijd toegankelijk is en creëert tevens een sluiproute richting de bestaande zaal.