Het originele Tolhuis dateert uit 1835 en ligt aan de Oude Steenweg die ooit van Marseille naar Den Helder liep. Tegenover het Tolhuis zou oorspronkelijk het gemeentehuis van Zaltbommel verrijzen. Door het verzet onder de bevolking daartegen is dit uiteindelijk gehuisvest in een leegstaand gebouw aan de A2. De weg wordt als sluiproute tussen Den Bosch en Zaltbommel gebruikt. Omdat het Tolhuis zeer dicht op deze weg staat, is de verkeersbelasting in dit pand navenant groot. Naast het huis ligt een boomgaard die recent heeft plaatsgemaakt voor een witte villa.
De opgave was het uitbreiden van het Tolhuis van 4,5 x 9 meter met voldoende leef- en atelierruimte voor een echtpaar dat een aannemersbedrijf heeft en daarvoor werkzaam is geweest in de kunstsector. Behalve met de wisselende context moest hierbij ook rekening worden gehouden met continue veranderingen in het programma. De schuur die tot dan intensief was gebruikt als bergplaats, zou in de toekomst als galerie gaan functioneren. Uiteindelijk zagen de opdrachtgevers hiervan af. Ze doet nu dienst als werkplaats met machines en wordt op termijn wellicht een atelier. Om het Tolhuis weer tot zijn recht te laten komen, is het vrijgemaakt van alle muren en aanbouwsels die er in de loop der tijd waren aangebouwd. Het historische gebouw is zo zichtbaar en voelbaar gemaakt. Verreweg de belangrijkste ingreep die de architect deed, is de aanleg van een buffer tussen huis en weg. Deze buffer doet dienst als geluidsscherm, maar vormt tegelijkertijd de gang in de vorm van een dubbele scheiding. Aan deze dertig meter lange gang zijn verschillende ruimten geschakeld, die steeds op een andere wijze te gebruiken zijn.
Ander belangrijk punt is het meervoudige gebruik. De opdrachtgevers hebben hun bedrijf aan huis, maar willen beide activiteiten niet met elkaar mengen. Het huis is zo ingericht dat zij in de zomer een groot huis bewonen, waarin ze zo nodig alles open kunnen zetten. In de winter trekken de bewoners zich terug in een kleine unit. Oorspronkelijk was in de leefruimte een schuifpui gedacht tussen de tuinkamer en het wintervertrek. Pas tijdens de bouw is besloten deze niet meer te maken. Dit verklaart ook de aanwezigheid van het droge waterbassin en de waterspuwer in de woonruimte. Oorspronkelijk was dit onderdeel van een grijswatercircuit dat vanwege de kosten nog niet is aangelegd.
Zie ook: ARC inzending: Villa Het Tolhuis door Bekkering Adams architecten
Het huis is door de opdrachtgevers zelf gebouwd. Vanwege de geluidsbelasting is het huis in beton gemaakt. De mogelijkheden hiervan zijn zo veel mogelijk uitgebuit. In de zijmuur is over de hele overspanning een lang raam gemaakt. Het nieuwe volume hangt aan zowel de schuine wand als de achterwand op poten. De hele sculptuur doet mee aan de krachtwerking. De verwarming is in de vorm van vloer- en wandverwarming opgenomen in de betonconstructie. De breedplaatvloeren zijn van elkaar af geplaatst, zodat in de tussenliggende stroken verlichting kon worden ondergebracht. Het niveau van de gang is doorgetrokken in de vensterbank van de woonkamer. De ramen zijn in de buitengevel vlak weggewerkt, maar van binnenuit geaccentueerd als grote eikenhouten lijsten die het uitzicht inkaderen. De schuivende delen zijn juist extra zwaar en solide gemaakt. Ze accentueren zo de permanente wisselingen in gebruik en maken deze ook mogelijk.
De meanderende buitengevel omzwachtelt de verschillende volumes tot een geheel. Voor het metselwerk koos de architect een donkere en platte drie-op-een klinker die je kunt lijmen, omdat drie koppen op een strek komen. Dit lijmen heeft een aantal voordelen: als je het niet overdrijft, kun je het constructief laten werken en hoef je geen lateien te maken. Ook biedt het de mogelijkheid strak te werken, met vier millimeter brede voegen zodat de stenen precies op elkaar komen en er een monolithisch beeld ontstaat. Daarnaast kan het driedimensionaal om het gebouw heen worden getrokken, wat je terugziet in de diepe neggen, maar ook in het hangende en liggende metselwerk. Zo is het door de architect ingezet als plastisch materiaal. De slinger met verschillende ruimten kon zo consequent worden doorgetrokken. Deze steen bleek echter minder vormvast dan verwacht. Dit is ondervangen doordat de opdrachtgevers alle stenen vooraf selecteerden op vorm en kleur en de te kromme stenen verwijderden.
Lees ook: Villa het Tolhuis
Een ander opmerkelijk gegeven is de hellende muur. Als de muur recht was gemaakt, zou de gang achter het Tolhuis langs te smal zijn geworden. De muur heeft de functie van geluidwering, en moet wat de architect betreft fortificatie en soliditeit uitdrukken. Tegelijkertijd heeft de toelopende wand een perspectivische werking. Maar het belangrijkste was dat zo kon worden ingespeeld op het niveauverschil. Doordat de gang zich aan twee kanten opent, wordt het idee versterkt dat de omgeving doorloopt in het huis. In samenhang met deze ruimtelijke visie hebben ook de vloeren de nodige aandacht gekregen. Alle niveauverschillen zijn telkens anders opgelost: dan eens via een platform dat tevens het begin vormt van de trap naar de bovenverdieping, dan weer via twee losse treden die zo kunnen worden weggehaald of via een hellingbaan. De vloer bestaat uit één soort materiaal en loopt van binnen naar buiten door, als om nog eens te benadrukken dat dit huis in transit wordt bewoond.