Als over een jaar het ministerie van Buitenlandse Zaken, direct naast Babylon gelegen, gestalte heeft gekregen zal het verschil in uiterlijk tussen de omgeving en Babylon wat minder pregnant zijn, want ook bij dit nieuwe ministerie is men niet zuinig geweest in de vormgeving. Ook het bureau Apon uit Rotterdam heeft net als bureau Lucas en Niemeyer uit Voorburg afscheid genomen van het Nieuwe Bouwen dat zich voornamelijk manifesteerde in niets zeggende bouwmassa's. De uitdrukkingsloosheid van de eenvormigheid is veroordeeld en het is nu een terugkeren naar de zachte architectuur van de veel geroemde menselijke maat. Een ontwikkeling binnen het bureau L&N dat nog niet zo lang geleden nog pronkte met jack block (Black joke werd het eens genoemd in B nieuws, uitgave TH-Delft) creaties als het gebouw Westraven in Utrecht en het complex Schedeldoekshaven dat op nog geen honderd meter van Babylon ligt en dat de binnenstad van Den Haag meer beschadigd heeft dan het bombardement in WO 2. Het is de vraag of de architectuur met gebouwen als Babylon, die in hun vorm alleen maar een antwoord zijn op recente blunders, een goede richting op gaat. Het is een oppervlakkige benadering die in de toekomst waarschijnlijk tot de meest bizarre vormgeving zal leiden. Misschien daarom niet zo vreemd dat de neo-gothiek en de architectuur van Gaudi nu weer in de belangstelling staat, alsof daar de filosofie gevonden kan worden die een eind moet maken aan de crisis in de hedendaagse architectuur...
Tweeslachtigheid
Babylon is een comprom is tussen aan de ene kant het harde, zakelijke functionalisme en aan de andere kant het zachte, de pluriformiteit van de maatschappij. In het uiterlijk van het gebouw komt deze tweeslachtigheid naar voren in de schijnbaar achteloos gerangschikte volumes. Het lijkt alsof de bouwmassa organisch is gegroeid, alsof het jaren heeft geduurd voordat het deze vorm aannam. Het is een soort architectuur waar niemand bezwaar tegen kan hebben, omdat het op schijnbaar natuurlijke wijze tot stand is gekomen.
In de constructie w ordt deze suggestie nog eens versterkt. De basisstructuur is een uit prefab betonelementen opgebouwde draagconstructie waarop de scheidingswanden zijn aangebracht die door elke nieuwe gebruiker naar wens gerangschikt kunnen worden. De gevel is een glasachtige scheiding tussen buiten en binnen, hij draagt niet en is weg te nemen als het gebouw verder groeit. De vorm van het complex maakt van Babylon een metabolisch en daarom uitdrukkingsloos ontwerp.
Disneyland
De mildheid van het exterieur wordt binnen tot ware proporties teruggebracht, hier hebben de zakelijkheid en het functionalisme het van het schijnbare toeval gewonnen. Elke ingreep is kunstmatig en daarom doen de ingangen van het kantoorgedeelte en het theater op de wandelpassage door het gebouw op de begane grond nogal dwangmatig aan. Het is alsof het idee gewekt moet worden dat de passage een voortzetting is van een wandelroute door de binnenstad. Hoewel er met de traditionele binnenstadselementen als kantoren, hotels, theaters en winkels een absoluut nieuwe omgeving is ontstaan blijft in het ontwerp de hang naar de sfeer van 'die gezellige' binnenstad.De Franse interieurspecialist Bartók heeft dit goed begrepen, de klanten zouden kunnen schrikken van een afwijking in het vaste patroon, zijn interieur is dan ook een Disneyland van het voorgeprogrammeerde consumeren en de rijke ornamentering doet de barok weer herleven. Niet zo vreemd dat juist deze periode de interieurkunstenaar inspiratie lijkt te hebben gegeven voor zijn creatie. De barok had, door zijn strenge maatschappelijke hiërarchie, een wetmatige architectuur en wie meent dat het met de democratie nu beter gesteld is, begeve zich naar Babylon om te zien wie nu de scepter hanteert en de architectuur dicteert, de klant is koning!
Overbruggingsfunctie
Het gebied waar Babylon gebouwd is, moest volgens de doelstelling en nota die in 1973 werd opgesteld een relatie leggen tussen de naburige woonwijken en de kern van de binnenstad. Van naburige woonwijken is echter nauwelijks sprake, de directe omgeving van Babylon is bebouwd met kantoren en het is ook niet zo dat er met de omzet alleen gerekend werd op de naburige bewoners. De grootste omzet m oet natuurlijk komen van de reizigers die op nog geen honderd meter afstand op het centraal station arriveren. Het station is tevens de reden waarom de overbruggingsfunctie van Babylon naar de binnenstad bij voorbaat al gedoemd was te mislukken.
Had Babylon aan de kant van de Herengracht gelegen dan was het een ander verhaal geworden, maar nu is het staande met de rug naar het centraal station een kiezen of links naar de binnenstad, of rechts naar Babylon.
Aansluiting
Hoewel de ontwerper zijn uiterste best heeft gedaan het gebouw een aansluiting te geven met de omgeving door middel van een doorzichtige glasachtige gevel en een wandelroute door het gebouw waarop de ingangen van de diverse functies uitmonden, is dit niet gelukt. Juist door het bijeenvegen van zoveel functies op een hoop is de verwachting dat er nog een relatie met de buitenwereld bestaat niet gerechtvaardigd. Het is een zelfstandig gebied geworden dat zich zelf bedruipt, in feite precies hetzelfde als een binnenstad, die ook zijn duidelijke begrenzingen heeft en daarom zo moeilijk is om op aan te sluiten.
Babylon is voor Nederland het tweede voorbeeld van een nieuwe benadering voor het binnenstadsgebeuren (Hoog Catharijne in Utrecht was het eerste) en het ziet er naar uit dat het fenomeen zich ook nog wel elders zal gaan manifesteren. Voor het hartje van de Haagse binnenstad wordt er op het ogenblik al gedacht aan nog zo'n kolos waar ook woningen bij gemaakt zullen worden. Stadsplanners zullen er zich terdege van bewust moeten zijn, nu ze de werking ervan kunnen bestuderen, of dergelijke gebouwen (of gebieden) zo dicht bij een stadskern gesitueerd een stimulans dan wel een bedreiging vormen voor de directe omgeving.