#1 Brandbrief aan de Tweede Kamer: stop de sloop van SoZa in Den Haag
Niets lijkt de sloop van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid nog in de weg te staan. Het kolossale betonnen gebouw van Herman Hertzberger is net dertig jaar oud en moet nu al wijken voor een nieuw plan dat meer verkoopbare vierkante meters oplevert. De markt bepaalt het lot van dit schoolvoorbeeld van structuralisme.
Na een bezoek aan het gebouw onderneemt vakredacteur Floortje Keijzer de zoveelste poging om een stokje voor deze sloopplannen te steken. De brandbrief landt en het protest uit de vakwereld wordt weer aangewakkerd. In de media en op sociale mediakanalen spreken architecten en historici zich nogmaals uit over de monumentale waarde, het behoud en een zorgvuldige behandeling van het gebouw.
De brief is eind maart aangeboden aan de Tweede Kamer.
#2 Leiderschap in de architectuur: iemand de schuld geven, 'bashen' of vergelden?
‘Al meer dan vier maanden geleden schreef ik dit stuk, maar ik had het veilig weggeborgen in een hoekje van mijn laptop. Dit publiceren leek me geen goed plan’, schreef hoofdredacteur Merel Pit op 11 maart op haar LinkedIn. Vakredacteur Floortje Keijzer dacht daar anders over en overtuigde Pit haar opinie over leiderschap in de architectuur wél te publiceren.
Met succes. Het kritische, maar kwetsbare stuk raakte een gevoelige snaar bij de lezers en riep honderden reacties op. Vanuit haar persoonlijk leiderschap, valkuilen, oordelen en aannames schrijft Pit over het ontbreken van leiderschap in de architectuur: ‘Leiderschap begint uiteindelijk bij moed tonen door je kwetsbaar op te stellen. Niet door klappen te geven, maar het risico te nemen zelf geslagen te worden. Alleen dan ontstaat er beweging, verbinding, en verandering.’
#3 Onze door 'mooi' gedomineerde wereld wordt nooit circulair
‘Lelijk. Gebruikten ze dat woord nu echt?’ vraagt Bruno Vermeersch zich af bij het verwijderen van enkele spijkers uit net geoogste balken. Een gesprek met opdrachtgevers over hergebruikte materialen maakt wat los bij hem. ‘We vinden het toch niet zo mooi.’ Niet mooi, dus lelijk.
Het is niet de eerste keer dat zijn voorstel voor hergebruik een witgestucte droom aan flarden scheurde. Hij stelt in zijn opinie dat als de vakgemeenschap circulariteit een waardige kans willen geven, we moeten zoeken naar een architectuurtaal zonder ‘mooi’ en ‘lelijk’. Want in een door ‘mooi’ gedomineerde wereld zijn we volgens Vermeersch ontzettend veel kwijtgeraakt. Weg is de intuïtie, de materiaalrijkdom, de kleur, de geur, de textuur, de identiteit en – bij vermenigvuldiging – de culturele identiteit.
#4 Circulair bouwen gaat niet over mooi of lelijk, wanneer de juiste materialen voor handen zijn
Kort na het verschijnen van bovenstaande opinie door Bruno Vermeersch benaderden Erica Chladová en Robert van der Pol van het architectenbureau LMNL office [for architecture and landscape] de redactie met een eigen opinie. Volgens hen poneert Vermeersch niet het juiste uitgangspunt om over hergebruik in de bouw na te denken. Een houten balk vol spijkers proberen te verkopen aan een klant vonden zij verrassend.
Het ideaalbeeld van Chladová en Van der Pol is dat (bouw)markten vol komen te liggen met hergebruikte materialen die klaar zijn voor gebruik op een moderne bouwplaats. Zij geloven dat dit bereikbaar is, wanneer de markt de aanschaf laagdrempelig maakt voor de consument, de architect én de aannemer. Op deze manier wordt bouwen met hergebruikte materialen niet opgelegd, maar een interessante keuze.
#5 Hou op met moddertaal! En ontwerp ook geen 'transparante plinten' meer
Architecten gebruiken volgens Ariadne Onclin en Michelle Gulickx nog te vaak onduidelijke termen. Dat leidt tot verwarring en loze beloftes. Onclin ziet bijvoorbeeld dat 'transparante plinten' eigenlijk duiden op meterslange gevels vol plakfolie. Gulickx pleit voor verandering: stop met deze moddertaal en gebruik heldere, toegankelijke taal die het ambacht verdient.