Waterwoningen in Amsterdam door Marlies Rohmer

Door Merel Pit - Is het een boot? Een huis? Is het romantisch? Of utilitair? Nee, het is een hybride. Het is niet wat je denk wat het is. Het is een compacte stedelijke waterbuurt met 75 drijvende woningen in verschillende categorieën, van dure koop tot vrije sector huur, en een aantal paal- en dijkwoningen. Architectenbureau Marlies Rohmer heeft getekend voor dit spannende ontwerp.

Steigereiland

Het Steigereiland ligt in het IJ-meer tussen het Zeeburgereiland en het Haveneiland. Het is het eerste eiland in de reeks eilanden van IJburg. De Waterbuurt (west) ligt aan de IJburglaan, die via de Enneus Heerma brug de hoofdontstluitingsroute van IJburg vormt. Water, oevers en steigers vormen het raamwerk van de openbare ruimte op het Steigereiland.

In het binnenwater liggen twee buurten met drijvende woningen en dijkwoningen. De drijvende woningen worden vanaf steigers ontsloten. Langs de Haringbuisdijk ligt een rij dijkwoningen. De beweegbare bruggen worden gemarkeerd met zogenoemde folly's, paalwoningen.

De gebouwen zijn individueel of in kleine groepjes over het water getransporteerd. Fotograaf Marcel van der Burg

Bouwsysteem

Het bouwsysteem is door Architectenbureau Marlies Rohmer zo ontworpen dat de dijkwoningen, die aan de rand van het bassin op poten over de dijk heen hangen, op dezelfde manier zijn uitgewerkt als de drijvende woningen. Hierdoor ontstaat er een eenheid.

Een woonboot is vaak lang en smal en maximaal twee lagen hoog, terwijl de waterwoningen minimaal drie lagen tellen. De paalwoningen, die de beweegbare bruggen tussen de steigers markeren, hebben zelfs vier verdiepingen. Wanneer je op het water hoger bouwt dan de omtrek, wordt de constructie echter instabiel. Dit is opgelost door de woningen bovenop verdiepingshoge betonnen bakken te zetten om het zwaartepunt zo laag mogelijk te krijgen. Deze bakken liggen half in het water en zijn als slaapruimte te gebruiken. Daarop is een lichte houtskeletbouwconstructie geplaatst, bekleed met glas en kunststof, al doet de vormgeving vermoeden dat ook staal is toegepast. Afhankelijk van de grootte ervan zijn de bakken van de woningen wel of niet op de uiteindelijke locatie gekoppeld.

Elke bak is zes meter breed en aangezien de sluizen in Nederland ook zo breed zijn, moesten ze ter plekke worden geschakeld. Uiteindelijk heeft dit geleid tot losdrijvende woningen, twee-op-twee-bakkers en rijtjes van drie. Ook zijn ze aangesloten op alle voorzieningen, wat bij woonboten lang niet altijd het geval is. Dit is mogelijk doordat gas, water en elektra en de riolering via flexibele doorgangen en geïsoleerde leidingen in de steigers worden getransporteerd. De steigers bestaan uit betonnen bakken die zijn afgedekt met geperforeerde aluminium delen. De hekken aan weerszijden zorgen ervoor dat bij zwaar weer niemand het water in wordt geblazen. Daarnaast herbergen ze bijna onzichtbaar de meterkasten van de woningen. De steigers zijn met elkaar verbonden via dwarsbruggen, waardoor bewoners rond kunnen lopen en het gebied als een geheel gaat werken. Op de kop van de steigers waaraan bootjes aangemeerd liggen, is er plek om samen te komen. Daar kan bijvoorbeeld een buurtbarbecue worden gehouden.