Onlangs fietste ik langs de vliet naar Rotterdam en werd ik ingehaald door een man op een brommer, vlak daarna gevolgd door een vrouw op een identieke brommer. Ongetwijfeld hoorden ze bij elkaar. Het is niet bepaald iets wat ik me over enige tijd nog zal herinneren.
Alle mensen die ik ken
In dit boek ‘Alle mensen die ik ken’ verzamelde Lisa Huissoon in een dikke 2000 lemma’s van A tot Z alle mensen die ze kent. Iedere persoon is aangeduid met zijn of haar naam, aangevuld met een de vermelding waarvan ze deze persoon kent (school, camping, universiteit, tinder, supermarkt, enz).
Het is een leuk boek om te lezen, zij het niet van A tot Z. In veel gevallen is een verwijzing opgenomen naar andere mensen en het is veel leuker om die verwijzingen te volgen. Binnen de kortste keren worden de overlappende netwerken bloot gelegd waarin het leven van de schrijfster is ingebed.
Van Abby kom je bijvoorbeeld uit bij Bart1 -een van de 10 Barts die ze kent- en vlak daarvoor kwam je ook al te weten dat Ayet een vriendin van deze Bart1 is. Omgekeerd vind je bij Bart1 geen verwijzingen naar deze twee personen.
Het boek is daarmee een boek waarmee je als lezer aan de slag kunt. Door te bladeren en als het ware te reizen door het boek, maak je je eigen verhalen. Mogelijk ook door wat je zelf daarbij denkt.
Algemene geldingskracht
Bij sommige lemma’s staan grotere stukjes. Soms zijn die niet langer dan een zin, soms beslaan ze een hele pagina. Ze zijn vooral associatief. Ze beschrijven niet altijd de relatie die de persoon in kwestie heeft met de schrijver. Zo vind je bij Bas6 een korte verhandeling over soorten bijrijders en bij Bart2 een lange verhandeling over de redenen die je zo al kunt hebben om naar een brand te gaan kijken.
Maar in veel gevallen ook wel. De personen zelf komen niet tot leven, wel wat Huissoon beschouwt als hun kern. Wat persoonlijk en intiem is, krijgt zo een algemenere geldingskracht.
Leven in een netwerksamenleving
‘Alle mensen die ik ken’ is daarmee een illustratie van het feit dat we leven in een netwerksamenleving. Dit begrip leerde ik voor het eerst kennen op de Triënnale van Milaan die in 1988 met als titel ‘World Cities and the Future of the Metropolis’ werd gehouden. Het is een fascinerend begrip dat niet lang daarna door de socioloog Manuel Castells op indrukwekkende wijze is uitgediept.
Maar niet eerder werd het zo mooi in een roman verwerkt. Het boek profeet chocola te maken van het leven in zo’n samenleving. Door de werking van het netwerk in kaart te brengen, verwacht de schrijfster contact te kunnen maken met de essentiële dingen van het leven. Ze probeert zichzelf te begrijpen door naar de wereld om haar heen te kijken.
Gemeenschappelijke tijd
Bij het lezen van deze roman dacht ik op enig moment terug aan wat Montaigne in ‘Over de ervaring’ schrijft: “Ik geloof dat dromen eerlijke weerspiegelingen zijn van onze geneigdheden, maar het doorgronden ervan vergt vaardigheid.” Die laatste bezit de schrijfster beslist in hoge mate.
‘Alle mensen die ik ken’ is een boek voor lezers die de associatieve opzet voor lief nemen. Het proces dat je doorloopt om het boek te doorgronden begint bij de structuur die aan het boek is gegeven. Slechts door de vele associaties te volgen, kom je uit bij iets wat je misschien het beste de gemeenschappelijke tijd kunt noemen.
De manier waarop Huissoon deze beschrijft en ordent, getuigt van vasthoudendheid en vakmanschap. Haar boek maakt het denkbaar te weten wat het is om een ander te zijn. Iemand zoals die man of vrouw op hun bromfietsen langs de vliet.