Een leefbare stad herken je aan kerken, openbare toiletten én hardlopers
Vlnr: Hardlopen in Rotterdam. Beeld Iris van den Broek, Het Predikheren door Korteknie Stuhlmacher Architecten (KSA). Beeld Maurice Tjon a Tham en een openbaar toilet in Jingo-Dori Park. Beeld Satoshi Nagare

Een leefbare stad herken je aan kerken, openbare toiletten én hardlopers

Religieus erfgoed staat steeds vaker leeg. Kerkgenootschappen krimpen, vergrijzen en kunnen de zorg voor het gebouw niet meer aan. Vaak wordt daarom overgegaan tot sloop. Architect en PhD-kandidaat Charlotte Ardui stelt dat dit eeuwig zonde is, want 'vanuit hun centrale positie in de buurt ordenen, structuren en oriënteren ze'. Met drie inspirerende voorbeelden uit Vlaanderen toont ze in een artikel voor hoe (naoorlogse) kerken een belangrijke rol op wijkniveau kunnen spelen.

Een andere typologie die ook een plek in het stedelijk weefsel moet hebben zijn openbare toiletten. Tenminste dat vindt architect Brigitte van Bakel. Maar Nederland ontbeert ze, wat vooral schrijnend is voor vrouwen. Waar gaat het mis? ‘Onveiligheid en stank, gebrekkige budgettering voor onderhoud, en een vermeend tekort aan beschikbare openbare ruimte blijken obstakels.’ Van Bakel toont met drie architectonisch gerenoveerde toiletgebouwen in Tokyo aan dat deze bezwaren ongeldig zijn.

Tenslotte stelt Bono Siebelink deze week: een gezonde stad is een hardloopvriendelijke stad. Waar de aandacht van stadsplanning tegenwoordig veelal gaat naar de walkability en bikeability van steden, wordt de runnability vergeten. Terwijl beleid voor een hardloopvriendelijke stad uiteindelijk in algemene zin de leefbaarheid van steden stimuleert. Steden waar veel hardlopers te vinden zijn beschikken immers over hardlooppaden die toegankelijk, dichtbij huis en groen zijn en uitnodigen tot sociale interactie.

Kortom, een leefbare stad herken je aan – al dan niet getransformeerde - kerken, openbare toiletten én hardlopers.

Lees alle must-reads van deze week!

Groet, Merel

PS Het begint een traditie te worden dat tijdens de uitreiking van de ARC Architectuur Award de juryvoorzitter ongevraagd het podium pakt om diens verhaal te doen. Dit jaar was het Mechthild Stuhlmacher om het bezielende juryproces toe te lichten.

Merel Pit

Merel Pit

Hoofdredacteur de Architect

Merel Pit (1981) is sinds januari 2021 hoofdredacteur van de Architect. Daarmee is ze terug op haar ‘oude nest’ waar ze in 2008 als vakredacteur haar carrière in de architectuurjournalistiek begon. Heb je input voor sterke verhalen? Mail haar op merelpit@vmnmedia.nl.

Beeld Hanna Veltman

De BNA-voorzitter zet diens zichtbaarheid beter niet in voor eigen...

Ben je eenmaal BNA-voorzitter dan praat je publiekelijk beter niet over je eigen bureau. Dit vertrouwde Nathalie de Vries aan Floortje Keijzer en mij toe na afloop van de podcastopname van drie weken geleden. Dan gebruik je te veel je verworven zichtbaarheid voor eigen gewin. We hadden haar net verteld dat onze volgende gast Jeroen de Willigen zou zijn.

Transformatie naoorlogse school in Dordrecht door Studio Nauta en Vanschagen. Beeld Paul Swagerman

Zonder goed opdrachtnemerschap is de architectuur nergens

Een opdracht winnen en dan de verliezende partij erbij vragen. Jan Nauta deed het. Bij de transformatie en uitbreiding van een naoorlogse school in Dordrecht sloeg hij de handen ineen met de ervaren architecten van Vanschagen. 'Ik heb er geen seconde spijt van gehad. We hebben veel van elkaars expertises geleerd maar belangrijker nog was het werkplezier.'

Beeld Pepijn Spijkers

Wat architecten doen, gaat verder dan de bouwkundige mogelijkheden...

Als er geen architecten meer zijn, worden er geen goede gebouwen meer gemaakt. Misschien een boute stelling, maar zo simpel is het. En ik geloof dat we dit als vakgemeenschap meer moeten uitdragen.

Beeld Shutterstock

Om als vakgemeenschap sterker te staan, is er maar één oplossing:...

Terwijl veel architectenbureaus het zomertendercircus achter de rug hebben, pende Reinoud Schaatsbergen 9 tips neer 'how to tender'. Dit naar aanleiding van gesprekken met Henk de Gelder, Arne Lijbers en Jan Knikker. Knikker kwam met de beste tip: doe niet meer dan wordt gevraagd. 'Het vernietigt de markt. Ze zeggen tegen hun opdrachtgever: ons werk is letterlijk waardeloos, want we doen het gratis.'